LEMMER – Een vleugel, een bandeneón, een tijdloos schitterend rustgevend decor, oude koffers, een zandloper, een metronoom. En in de theaterzaal van De Hege Fonnen afgelopen zaterdagavond 80 afwachtende bezoekers.
–
Rustig komen Carel Kraayenhof en Juan Pablo Dobal het podium oplopen en zetten een tango in. Ik lees nog even een opvallende tekst: Esta Noche Me Emorracho (Vanavond word ik dronken). Thuis later even opgezocht. Mijn Spaans is wel eens beter geweest. Het is een uit 1928 stammende tango van de Argentijn Carlos Gardel. Deze tango zal vanavond niet gespeeld worden. Wel spelen Carel en Juan Pablo tango’s, zamba’s en milonga’s van hun pas verschenen cd Tiempo Loco (Dwaze Tijd). Een meeslepende, rustgevende muziektheateravond. Wat zuiver, wat mooi, wat intens.
Als organisatie hik je er een beetje tegen aan, maar het concert krijgt daardoor wel een extra glans. De vleugel bewijst zondermeer haar meerwaarde. Vooral door het liefdevolle, aangrijpende spel van Juan Pablo Dobal. Wat een timing, wat een finesse legt hij in het beroeren van de toetsen. Zo zuiver allemaal. En daarbij ondersteund (of is het andersom) door het niet minder gevoelige bandeneónspel van Carel Kraayenhof. Het lijkt of ieder nummer omhuld is met een fluwelen deken. Het is een waar genot om deze muzikale uitspatting mee te maken. Het ene mooie nummer wordt gevolgd door weer een ander mooi nummer. Indringend zijn de nummers ‘Condór herido’ en ‘Colibri’ over twee vogels, die qua grootte uitersten zijn. In beide nummers voel en zie je het sierlijke van de majestueuze Argentijnse Condor en de kleine levenslustige Kolibri. Het is een waar genot om beide virtuozen aan het werk te zien, die met precisie iedere noot zo zuiver als wat ten gehore weten te brengen.
Als je dit concert alleen van cd zou beluisteren, zou je na een aantal nummers zeggen: ‘Nou weet ik het wel. Ze lijken wel erg veel op elkaar’. Maar Carel en Juan Pablo de Argentijnse klanken te zien en horen spelen is andere koek. Het is dan een ware beleving. Een concertavondlang ontspannen en je van geen tijd bewust zijn. Of het moet het tempo van de langzaam voortschrijdende schildpad zijn, die er een concertavondlange tijd over heeft gedaan om van rechts naar links over het podium te kruipen.
Hoe dwaas kan tijd zijn.
Geschreven door Thijs de Boer