Lasten sociaal domein De Fryske Marren niet hoog

DFM –  Net als andere gemeenten wordt ook De Fryske Marren geconfronteerd met forse tekorten op het sociaal domein.
Het college heeft daarom besloten om een extern onderzoek te laten doen naar het ontstaan van de tekorten en mogelijk te nemen maatregelen. Onderzoeksbureau Cebeon concludeert dat de netto lasten van het sociaal domein in De Fryske Marren niet hoog zijn in vergelijking met andere gemeenten en dat de gemeente recent al veel verstandige maatregelen in gang heeft gezet.

Transformatie sociaal domein
Vanaf 1 januari 2015 hebben alle gemeenten er een groot aantal taken en verantwoordelijkheden bij gekregen op het gebied van zorg en ondersteuning aan hun inwoners. Zo heeft ook De Fryske Marren te maken met de (financiële) gevolgen van de verschuiving van deze taken. De transformatie van het sociaal domein is nog in volle gang. Er zijn veel ontwikkelingen en acties die nog moeten worden opgepakt. Naast deze uitdagende ontwikkelopgave is er ook een duidelijke opgave op het gebied van kostenbeheersing. Het gelijktijdig moeten investeren in zowel ontwikkeling van het sociaal domein als beheersing van de kosten, is een lastige opgave die veel vraagt van de gemeenten.

Lasten vergelijkbaar met referentiegemeenten
Voor het sociaal domein als geheel liggen de netto lasten van DFM in 2017 op een vergelijkbaar niveau als in de referentiegemeenten. DFM geeft iets meer uit aan jeugdhulp en de sociaal wijkteams, maar heeft lagere kosten op de onderdelen inkomen en participatie, minimabeleid en basisondersteuning. Uit het onderzoek blijkt dat de prestaties van DFM in het sociaal domein, ook vanuit financieel oogpunt goed te noemen zijn. De uitgaven zijn niet hoger dan de referentiegemeenten en veel goede maatregelen gericht op kostenbeheersing zijn recent in gang gezet of zijn voorgenomen.

Besparing door ‘scherp aan de poort’
Een succesvolle maatregel gericht kostenbesparing is ‘scherp aan de poort’.
Met deze nieuwe werkwijze kan volgens de gemeente elke inwoner er op rekenen dat er alleen uitkeringen worden verstrekt aan mensen die daar recht op hebben en dat de gemeente er alles aan doet om (bewuste en onbewuste) fraude zoveel mogelijk tegen te gaan. Gelijktijdig is de aanvraagprocedure gemakkelijker gemaakt en ondersteunt en stimuleert de gemeente uitkeringsgerechtigden zo goed mogelijk om weer bijstandsonafhankelijk te worden.

Hoe nu verder
De uitkomsten van het onderzoek geven nog geen concrete mogelijkheden voor bezuinigingen. Er zijn wel een aantal aangrijpingspunten. De gemeente heeft besloten om deze uit te werken en te betrekken bij de kadernota van 2019.